Vasten…
Op woensdag 26 februari begon de vastentijd. Een tijd van bezinning, een tijd van onthouding. Zoals velen met mij begon ik aan 40 dagen zonder alcohol, 40 dagen zo min mogelijk snoep en koek.
Inmiddels heeft “vasten” een heel andere dimensie gekregen. Heel Nederland, heel de wereld is nu immers aan het vasten. Iedereen moet matigen in datgene wat voor mensen het meest essentieel is: sociale contacten. Het vergt wat van mensen om niet naar de wekelijkse training te kunnen, om niet gezellig bij te kunnen kletsen in het café, om geen verjaardag met familie en vrienden te kunnen vieren.
Juist in deze bizarre situatie merken we echter hoe dierbaar de mensen om ons heen zijn. We merken hoe belangrijk sport en cultuur is, vooral door de contacten die we er door hebben. Juist in deze bizarre situatie merken we ook hoe creatief mensen zijn, hoeveel mensen aankunnen. De schoolkinderen kunnen ook thuis hun schoolwerk doen, ook via Facebook, telefoon en Skype kun je contacten onderhouden. Juist in deze bizarre tijd merken we ook hoezeer mensen elkaar nodig hebben, hoe wezenlijk talloze beroepen zijn.
Zo zie ik om me heen mensen nog meer naar elkaar omkijken dan ze anders al doen. Ik zie dat mijn kinderen niet alleen naar schermpjes turen, maar ook samen spellen, puzzelen en sporten. Ik merk dat het in huis gezelliger wordt, doordat er 3 keer per dag samen wordt gegeten, doordat ieder beseft dat we het samen leuk en leefbaar moeten maken.
Ook in mijn werk merk ik verschillen. Geen uitvaarten meer met honderden mensen, maar kleine groepjes nabestaanden die afscheid nemen van een dierbare. Juist doordat we afstand moeten houden, laten mensen mij nog dichterbij komen. Van de kleine groep mensen die bij de uitvaart mag ik er één zijn. Ik mag woorden geven aan hun verdriet, ik mag troosten, niet door een arm om een schouder, maar door op afstand nabij te zijn.
Zo leven we samen toe naar Pasen en hopen dat ook dit jaar met Pasen het vasten mag stoppen…
Alderwetse Jongerenmis
Ruim dertig jaar geleden was ik enthousiast lid van het jongerenkoor. Iedere zondag ging ik trouw naar de repetitie om te zingen, te kletsen en heel veel plezier te beleven. Daarnaast was ik actief in de tekstcommissie, die zorg droeg voor de teksten die tijdens de missen werden voorgelezen.
Inmiddels is het 50 jaar geleden dat de allereerste jongerenmis plaatsvond. Tijd voor een “Alderwetse Jongerenmis 2.0”. Vol enthousiasme heb ik deze mis mee voorbereid: teksten schrijven, liedjes van toen repeteren.
Afgelopen zaterdag was het zo ver. In een volle kerk vierden we de mis met als thema: Als ik thuis kom.
Zowel de koorleden als de mensen in de kerk kwamen thuis. Thuis in de muziek, thuis in de kerk en thuis bij elkaar.
Het was een mis vol enthousiasme, vol vrolijkheid, maar met een serieuze boodschap. Een mis met een lach en een traan. Net als toen.
Samen met de deken mocht ik de preek vormgeven. In het laatste stuk van onze samenspraak stonden we stil bij wat het koor voor ons, voor de jongeren betekende en wat wij als koor meemaakten…
Deken:
Bij de repetities, tot zo’n 20 jaar geleden, waren er nog geen mobieltjes. Als jullie repeteerden was er dan ook alleen tijd om te zingen en in de pauzes bij te praten. Volgens mij waren de repetities erg gezellig en werd er vaak nog lang nagepraat.
Lucie:
Inderdaad. Als we terugdenken aan het Jongerenkoor denken we vooral aan plezier en gezelligheid.
Er was en is echter veel meer dan dat.
Bij het koor werd veel gelachen en gevierd, maar we moesten ook afscheid nemen. Vaak namen we afscheid op een luchtige manier, van leden die andere hobby’s gingen uitoefenen of verder weg gingen wonen. We moesten echter ook definitief afscheid nemen.
Dat er in de afgelopen 50 jaar oud-leden zijn gestorven, is natuurlijk niet zo vreemd.
Zelfs de jongeren van toen worden ouder…
Dat we afscheid moesten nemen van leden, die nog actief deelnamen aan alles wat het jongerenkoor te bieden had, ligt minder voor de hand.
Een jongere hoort immers niet dood te gaan…
Toch gebeurde dit. Er werden jongeren ziek, er kwamen jongeren om bij een ongeluk.
De klap kwam dan hard aan. De gezellige drukte bij een repetitie veranderde in stilte. Maar we waren er voor elkaar, haalden samen herinneringen op, vonden troost in de muziek. De band werd nog hechter.
Deken:
Zo gaat het op veel plaatsen. Het koor is immers geen uitzondering. Jullie hebben allemaal vast een keer afscheid moeten nemen. Een groot deel van jullie weet uit ervaring hoe het is een lege stoel aan tafel te hebben, een lege werkplek op kantoor. Het doet pijn te weten dat diegene niet meer thuiskomt bij zijn of haar gezin, vereniging of collega’s. Het doet dan goed te weten dat zij elders, in het hiernamaals, thuis mogen zijn, dat zij thuis zijn in onze gedachten, in ons hart.
Lucie:
Voor al diegenen waarvan we afscheid moesten nemen,
hebben wij een droom, zingen wij een lied
Dat helpt ons omgaan met ons verdriet
Voor hen zien wij een wonder in elk verhaal
Voor hen grijpen we de toekomst, soms met veel kabaal
Want zij zijn onze engelen
in alles wat gebeurt, zijn zij dichtbij
zij zijn onze engelen
en komt ooit de tijd dan gaan ook wij
tot die tijd, vergeten wij niet
maar zingen wij voor hen een lied
~vrij naar: ABBA – I have a dream~
De schutterij is één!
Afgelopen weekend stond in het teken van het OLS. Ik vierde feest bij gebrouwen in Limburg, was lector bij de Heilige mis “Te midde van de velde”, keek naar de optocht, zag schutters schieten, waarbij de spanning voelbaar was, en talloze vrijwilligers de meest uiteenlopende taken doen.
Het mooiste wat ik zag was de saamhorigheid. Ongelooflijk hoe zo ontzettend veel mensen samen één mooi feest kunnen bouwen, hoe jong en oud kan genieten op hetzelfde terrein en hoe een heel dorp, een hele gemeenschap klaar staat om te helpen.
Uit dit gevoel van saamhorigheid ontstond het volgende gedicht:
Gewapend met zijn buks, zo’n 15 kilo zwaar
met loden kogels staat hij klaar
De schutterij gaat…
Hoog zijn de harken, de “bölkes” klein
Wie zal na ’t kavelen de grote winnaar zijn?
De schutterij hoopt…
Steeds meer “bölkes” gaan er aan
Maar na de zon verschijnt de maan
De schutterij viert…
’t Kavelen gaat verder, vreugde en verdriet
De spanning die is hoog en missen mag men niet
De schutterij steunt…
Twee zestallen staan nog onder de boom
De ene mist, de ander belandt in een droom
De schutterij straalt…
Maar vriend of vijand, gelijk is iedereen
Eerlijk en hartelijk, dat voelt men meteen
De schutterij is één!
Rouw is Rauw
Bij afscheid hoort rouw. Die rouw is rauw. Rouwen is geen gestroomlijnd proces dat bepaalde fases doorloopt en daarna afgelopen is. Het is een proces van vallen en opstaan. Je zet drie stappen vooruit en weer twee terug. Het is een proces waar geen einde aan komt.
Juist in deze tijd van het jaar, met Allerheiligen en Allerzielen, staan veel mensen stil bij rouw, bij een verlies dat ze hebben geleden. Graven worden schoongemaakt en voorzien van bloemen. Je komt veel mensen tegen op het kerkhof. Dat doet goed, want het is fijn te ervaren dat je niet de enige bent die rouwt, dat er mensen zijn die begrijpen dat iemand die is overleden toch deel van je leven uit blijft maken.
Het bezoeken van het graf van een dierbare is een oud katholiek gebruik. Een ritueel dat houvast geeft. Juist rondom een sterfgeval zijn rituelen van belang. De dood is immers ongrijpbaar, mysterieus. Rondom een sterfgeval voelen mensen zich ontredderd, stuurloos. Rituelen bieden dan structuur en geven ons aanknopingspunten voor het verwerken van het verdriet.
De afscheidsdienst is één groot ritueel en is een prachtige, laatste herinnering aan de overledene. Je vindt het fijn wanneer deze dienst echt bij de overledene past, wanneer het een afspiegeling is van zijn of haar leven. Het ontroert je wanneer je in de afscheidsdienst de lievelingsmuziek van de overledene hoort, wanneer er herinneringen gedeeld worden, die wellicht zelfs een glimlach op je gezicht toveren.
Binnen de dienst kunnen kleine rituelen uitgevoerd worden. Je kunt kaarsjes aanmaken voor je moeder, die voor ieder examen een kaarsje brandde, of zand meegeven aan je vader, die met beide voeten stevig op de aarde stond en genoot van het werken op het land.
Soms geven rituelen letterlijk houvast. In een afscheidsdienst van een leerkracht, waren haar leerlingen aanwezig. Tijdens de dienst mochten zij naar voren komen om nog even dicht bij hun juf te zijn. Zij zochten houvast aan het lint dat aan de kist was vastgeknoopt. Ik legde hen uit dat zij hun juf los moesten laten. Daarom werd het lint doorgeknipt. “En dan gebeurt er iets bijzonders. Een deel van het lint blijft bij jullie,” zei ik hen, “alle herinneringen die jullie aan jullie juf hebben, blijven in jullie hart immers bestaan. De rest van het lint blijft bij jullie juf. Zij zal jullie immers ook nooit vergeten.” Het lint kreeg na de dienst een ereplaats in de klas.
Zo geeft de dienst ook veel later nog houvast. Het lint blijft een tastbare herinnering aan de juf, bij het branden van een kaarsje denk je weer terug aan dat moment tijdens de dienst en wanneer je dat ene lied hoort, is je vader ineens heel dichtbij.
Want als …
de uitvaart voorbij is
de kist uit het zicht is
het bloemstuk verdord is
het leven weer “gewoon” is
Dan…
blijft de herinnering
hoe het leven herdacht is
Lucie Geurts-Saris
Ritueelbegeleider
“Rituelen rondom afscheid” in “contactblad voor humanistisch uitvaartbegeleiders”
Rituelen rondom afscheid
Veel mensen zijn huiverig voor het gebruiken van rituelen. Het leven staat er echter bol van rituelen. Mensen gebruiken rituelen vaak zonder dat ze dat in de gaten hebben. Denk bijvoorbeeld aan het verhaaltje voor het slapen gaan, de manier waarop mensen hun partner groeten die naar zijn of haar werk gaat of het vaste rondje met de hond.
Rituelen geven houvast en structuur. Door rituelen weten mensen “hoe het hoort”, hoe ze iemand groeten, hoe ze afscheid moeten nemen. Dit geeft een gevoel van veiligheid en meer zekerheid in lastige situaties. Vaak ook markeren rituelen een overgang, een belangrijk punt in het leven. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het versturen van geboortekaartjes, een huwelijkssluiting of een begrafenis.
Juist rondom een sterfgeval zijn rituelen van belang. De dood is immers ongrijpbaar, mysterieus. Rituelen maken dat het afscheid en de dood beter te bevatten zijn, bieden duidelijkheid. Rondom een sterfgeval voelen mensen zich ontredderd, stuurloos. Rituelen bieden dan structuur op dat moment en geven ons aanknopingspunten voor het verwerken van het verdriet dat het verlies met zich meebrengt. Vandaar dat er rondom sterven en afscheid nemen veel rituelen zijn.
Veel mensen zijn vooral bekend met een afscheid vanuit de kerk. De oude vertrouwde rituelen die plaatsvinden in de avondwake en de begrafenismis (ook wel requiemmis genoemd) zijn bij velen goed bekend. Bijvoorbeeld het gebruik van wierook en wijwater. Juist doordat mensen regelmatig een begrafenismis hebben meegemaakt, biedt deze troost. Het uitspreken van bijvoorbeeld “het Onze Vader” met daarbij het geloof dat de overledene nu bij deze Vader is, geeft steun en hoop. Het ontsteken van kaarsen gaat vergezeld van gebeden en wensen en kan ook na de begrafenismis troost bieden.
Mensen die geen binding hebben met de kerk, nemen afscheid vanuit een niet kerkelijke ruimte. Zij staan voor de uitdaging om zelf een passende dienst samen te stellen. Ook zij wensen immers een respectvol en passend afscheid van de overledene. Zij maken echter geen gebruik van de structuur en het houvast dat een kerkelijk afscheid biedt. Wel is er een grote behoefte aan rituelen en symbolen.
Als ritueelbegeleider is het mijn taak om ervoor te zorgen dat de rituelen passen bij de overledene en de familie die afscheid neemt. Soms betekent dit dat ik een niet-kerkelijk verhaal vertel bij een kerkelijk getint ritueel. Met de rook van de wierook kronkelen onze gedachten naar de overledene; we geven zand mee, de vertrouwde aarde waarop hij liep; we besprenkelen het lichaam met water, water dat altijd haar weg vindt; in het licht van de kaarsen voelen we ons verbonden met de overledene.
Soms betekent het ook dat ik nieuwe rituelen bedenk. Zo vormde ik eens samen met de familie en sprekers het levensboeket van de overleden mevrouw. Iedere spreker plaatste een zelfgekozen bloem en ook de partner, kinderen en kleinkinderen plaatsten bloemen in de vaas. Aan het einde van de dienst bond de partner het boeket bij elkaar met een lint van liefde. Zoals de liefde van mevrouw het gezin, de familie en de vriendengroep bij elkaar hield, hield het lint de bloemen bij elkaar. Dit boeket werd vervolgens meegegeven aan de overledene als dank voor haar liefde.
Als er kinderen bij een afscheid betrokken zijn, verdienen ook zij een plaatsje in de dienst. In een drukke dienst van een leerkracht van groep 6, was ook haar klas aanwezig. Tijdens de dienst mochten zij naar voren komen om nog even dicht bij hun juf te zijn. Zij zochten houvast aan het lint dat aan de kist was vastgeknoopt. Ik legde hen uit dat zij hun juf los moesten laten. Daarom werd het lint doorgeknipt. “En dan gebeurt er iets bijzonders. Een deel van het lint blijft bij jullie,” zei ik hen, “alle herinneringen die jullie aan jullie juf hebben, blijven in jullie hart immers bestaan. De rest van het lint blijft bij jullie juf. Zij zal jullie immers ook nooit vergeten.” Aan het lint liepen de kinderen vervolgens naar buiten om daar ballonnen los te laten. Een ballon voor ieder jaar dat hun juf had geleefd.
Uiteindelijk is iedere afscheidsdienst één groot ritueel dat de overgang tussen de periode met en de periode zonder de overledene markeert. De dienst vormt het begin van het rouwproces dat onvermijdelijk zal volgen. Het is dan ook belangrijk om hierin te kiezen voor de vorm die het best bij de unieke situatie past, te kiezen voor de vorm die deze familie op dit moment en in de toekomst die volgt het meeste steun biedt.
Als Ritueelbegeleider heb ik de belangrijke taak om samen met de nabestaanden te kiezen voor de vorm die het best bij de unieke situatie past. Hierbij herken ik, als buitenstaander en met de ervaringen uit voorgaande diensten, vaak die kenmerkende rituelen, die voor hen zo gewoon zijn dat ze er aan voorbij gaan. Juist dat zijn de rituelen die een dienst persoonlijk en herkenbaar maken en de familie, ook achteraf, veel steun bieden.
Geplukt: Lucie Geurts-Saris
Lucie Geurts-Saris werd in 1973 geboren in Hegelsom. Hier heeft ze haar hele jeugd gewoond en op school gezeten. Na de basisschool ging zij naar het voormalige Boschveld College in Venray. Na de middelbare school verhuisde ze naar Nijmegen. Hier ging ze op kamers en volgde ze de studie Psychologie aan de Katholieke Universiteit van Nijmegen. “Studeren was en is voor mij eigenlijk een hobby”, vertelt Lucie. “Het leren ging me makkelijk af en ik leerde over dingen die ik erg interessant vond.”
Al tijdens haar tijd op de middelbare school had ze veel te maken met de kerk. “Ik was fanatiek lid van het jongerenkoor, destijds nog onder leiding van Joop Mittelmeier, dat zong tijdens de missen. Nadat Joop Mittelmeier als dirigent stopte, ben ik ook als zingend lid van het koor gestopt. Ik heb wel nog verschillende jaren geholpen met het schrijven en samenstellen van teksten voor de jongerenmissen.”
Bij het koor heeft Lucie op 17-jarige leeftijd ook haar man Han Geurts ontmoet. “In 1994 werden wij boerenbruidspaar van Horst. Hierna zijn we ook snel gaan samenwonen. Dit begon in de verpleegstersflat De Hoge Horst. Althans, voor mij in de weekenden, want doordeweeks zat ik in Nijmegen voor mijn studie”, vervolgt Lucie. Snel daarna, eind 1995, trouwde ze met Han en in april 1996 voltooide ze haar studie. Samen kregen Lucie en Han drie kinderen: Margo (11), Sofie (9) en Tijmen (8).
Na haar studie was het moeilijk om werk te vinden. “Ik begon als trainster bij de kindertelefoon. Daarna heb ik bij verschillende adviesbureaus gewerkt en heb ik psychologisch onderzoek gedaan. Vanuit daar ben ik uiteindelijk voor mezelf begonnen. In die tijd veranderde mijn man Han ook van baan. Dat betekende dat hij vaker van huis weg zou zijn. Omdat ik thuis bleef voor de kleine kinderen kreeg ik ook de kans om te gaan studeren.” Lucie besloot een (thuis)studie Theologie te gaan volgen aan de Katholieke Universiteit van Leuven. “Een studie theologie vond ik in eerste instantie vooral erg interessant. De zingevingsvragen en bijbelverhalen boeien mij bijvoorbeeld heel erg. Daarnaast komt het ook erg goed van pas bij mijn werk als ritueelbegeleider. Ik heb het heel erg naar mijn zin met studeren. Ik heb gekozen om een studie in Leuven te gaan volgen, omdat ik geen tijd had om wekelijks naar een college te gaan. Bij de universiteit in Leuven kon ik thuis studeren. Bovendien stond de universiteit in Leuven zowel kerkelijk als niet-kerkelijk goed aangeschreven en is het studeren in België goedkoper dan in Nederland. Alleen voor examens ga ik naar de universiteit.”
Naast werken en studeren heeft Lucie tot januari 2015 vrijwilligerswerk gedaan voor de kerk. In totaal heeft ze elf jaar vrijwilligerswerk gedaan, waarvan ze zeven jaar in het bestuur van de federatie Lambertus/Norbertus zat. “In die jaren heb ik onder andere kinderwoorddiensten gedaan, maar ik ben ook betrokken geweest bij de sluiting en verkoop van de Norbertuskerk.” In haar vrije tijd leest Lucie graag en probeert ze regelmatig te sporten. “Met onze vriendengroep zijn we trouwe deelnemers aan Vera’s Vettige Vijf. Elk jaar doen we er met veel plezier aan mee.”
Lucie heeft ook een hoofdstuk geschreven in het jubileumboek van Rowwen Hèze, dat in mei van dit jaar uitkwam. “Ik zag in de krant dat er een jubileumboek van de dialectband werd gemaakt, ter ere van hun dertigjarig jubileum. Toen ben ik gaan achterhalen wie de redacteur van dit boek was. Ik heb bij hem aangekaart dat de muziek van Rowwen Hèze ook vaak gebruikt wordt bij uitvaarten en rouwverwerking. Naar aanleiding hiervan heb ik een hoofdstuk mogen schrijven in het jubileumboek.”
bron: Hallo Horst aan de Maas, 29-7-2015
Ritueelbegeleider van het jaar 2015
Op 28 maart 2015 werd ik uitgeroepen tot Ritueelbegeleider van het jaar 2015. De Landelijke Beroepsvereninging van Ritueelbegeleiders verstuurde onderstaand persbericht:
Limburgse zet het vak toegewijd op de kaart
LEUSDEN – De leden van de Landelijke Beroepsvereniging voor Ritueelbegeleiders (LBvR) hebben Lucie Geurts-Saris uitgeroepen tot Ritueelbegeleider van het jaar. Lucies collega’s roemen de ritueelbegeleider uit de regio Venlo onder meer omdat ze het vak betrokken en creatief op de kaart zet.
“Lucie heeft met de wijze waarop ze het beroep uitoefent, zichtbaar gemaakt wat de toegevoegde waarde van ritueelbegeleiding is. Ze wordt veel ingezet en doet haar werk met heel haar wezen. Daarnaast zet ze op verschillende creatieve manieren het vak op de kaart.”, zo luidt het verkiezingsrapport. De uitroeping vond plaats tijdens de jaarvergadering van de LBvR in het Utrechtse Leusden op zaterdag 28 maart.
Zelf zegt zij: “Ik ben blij dat mijn collega’s me deze waardering geven. Nog belangrijker vind ik dat mensen weten dat er ritueelbegeleiders bestaan; dat zij zelf kunnen kiezen wie hen begeleidt bij het vormgeven van hun afscheid of dat van een dierbare.” Maar de meest waardevolle waardering krijg ik van de nabestaanden. Woorden als: “Door jouw vertrouwen en rust was ik in staat zelf te spreken bij de uitvaart van mijn moeder.” “Met tranen in de ogen heb ik de teksten gelezen. Het leek wel of je hem persoonlijk kende.” of “Nu, maanden na de uitvaart, krijg ik nog steeds complimenten.” maken dat ik dit schijnbaar treurig vak met zoveel liefde en plezier doe.
Iris van Noorden uit Susteren (ook Limburg) kreeg van de leden een eervolle tweede plaats toebedeeld. Dit is onder meer omdat ze als ritueelbegeleider betekenis geeft aan ceremonies door symboliek en daar op een heel eigen manier mee omgaat. Zij heeft professionaliteit maar straalt tegelijk op een bescheiden manier veel passie en energie uit.
Achtergrond
Lucie Geurts heeft in Horst haar praktijk Adiuto Ritueelbegeleiding. Zij heeft na haar studie psychologie zich toegelegd op ritueelbegeleiding. Op dit moment studeert ze theologie aan de Katholieke Universiteit te Leuven. In deze studie is veel aandacht voor zingevingsvragen. Vragen die vooral rondom een overlijden naar boven komen.
Iris van Noordens heeft een praktijk in Susteren. Afkomstig uit de techniek heeft ze een bewuste stap gemaakt naar de uitvaartzorg en zich daarna verdiept door de specialisatie in ritueelbegeleiding met de opleiding van Het Moment.
Bekendheid en status
De LBvR is een landelijke organisatie van en voor professionele ritueelbegeleiders. De vereniging wil vanuit samenwerking en verwantschap het beroep ritueel begeleiden bij afscheid landelijke bekendheid en status geven.
Een ritueelbegeleider begeleidt mensen rondom de sleutelmomenten in hun leven zoals geboorte, huwelijk en sterven. De Landelijke Beroepsvereniging van Ritueelbegeleiders richt zich voornamelijk op ritueelbegeleiden bij uitvaart.
bron: Hallo Horst aan de Maas
Rituelen rondom afscheid
Rond allerzielen en allerheiligen bezoeken veel mensen het graf van overleden familieleden of vrienden. Het is een oud ritueel dat mensen in ere houden. Wellicht denkt u nu: “ik doe niet aan rituelen”, maar klopt dit wel?
“Het leven staat bol van rituelen. Mensen gebruiken rituelen vaak zonder dat ze dat in de gaten hebben. Denk bij voorbeeld aan het verhaaltje voor het slapen gaan, de manier waarop mensen hun partner groeten die naar zijn of haar werk gaat of het vaste rondje met de hond.” Aan het woord is psycholoog en ritueel begeleider, Lucie Geurts uit Horst.
“Rituelen geven houvast en structuur. Door rituelen weten mensen ‘hoe het hoort’, hoe ze iemand groeten, hoe ze afscheid moeten nemen. Dit geeft een gevoel van veiligheid en meer zekerheid in lastige situaties. Vaak ook markeren rituelen een overgang, een belangrijk punt in het leven. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het versturen van geboortekaartjes, een huwelijkssluiting of een begrafenis.”
Juist rondom een sterfgeval zijn rituelen van belang, zegt Lucie Geurts. De dood is immers ongrijpbaar, mysterieus. Rituelen maken dat het afscheid en de dood beter te bevatten zijn, bieden duidelijkheid. De rituelen rondom een sterfgeval zijn echter niet overal gelijk. In verschillende culturen zien we uiteenlopende rituelen. Maar ook in Horst aan de Maas nemen mensen allemaal op hun eigen manier afscheid. “Veel mensen vinden troost in een afscheid vanuit de kerk. De oude vertrouwde rituelen die plaatsvinden in de avondwake en de begrafenis mis, ook wel requiemmis genoemd, zijn bij velen goed bekend. De requiemmis is met de tijd meegegaan en is niet meer de traditionele requiemmis, waar overigens wel voor gekozen kan worden.”
Mensen die geen blnding hebben met de kerk, nemen afscheid vanuit een niet kerkelijke ruimte. Zij staan voor de uitdaging om zelf een passende dienst samen te stellen.
“Ook zij wensen immers een respectvol en passend afscheid van de overledene. Zij maken echter geen gebruik van de structuur die een kerkelijk afscheid bledt. Wel is er een grote behoefte aan rituelen en symbolen. Vaak kiezen mensen er voor vertrouwde symbolen te gebruiken, zoals het ontsteken van kaarsen. Soms kiest men ook voor symbolen of rituelen die ‘nieuw’ zijn: het plaatsen van een speciaal voorwerp bij of op de kist, een bloemengroet of een powerpointpresentatie”, aldus Lucie Geurts.
bron: Hallo Horst aan de Maas
Adiuto Ritueelbegeleiding
Activiteiten
Adiuto Ritueelbegeleiding is een eenmanszaak. Adiuto ondersteunt families bij het vormgeven van een passende afscheidsviering. Wanneer een familielid of vriend is gestorven is het van groot belang om op een passende manier afscheid te nemen. Dit is een eerste stap in de rouwverwerking. Adiuto Ritueelbegeleiding neemt alle tijd om samen met de nabestaanden een dienst vorm te geven die past bij henzelf en bij de overledene. De wensen van de nabestaanden staan hierbij centraal. Wanneer nabestaanden het prettig vinden, helpt Adiuto Ritueelbegeleiding ook bij de tekst voor op het gedachtenisprentje.
Doelgroep
Meestal komen nabestaanden met Adiuto in contact door bemiddeling via een uitvaartondernemer. Rechtstreeks contact opnemen mag natuurlijk ook.
Onderscheidend vermogen
Adiuto Ritueelbegeleding heeft een persoonlijke insteek. Iedere afscheidsviering is maatwerk, afgestemd op de familie die afscheid neemt. Indien gewenst kan door Adiuto Ritueelbegeleiding een afscheidsplechtigheid ook in het Horster dialect verzorgd worden.
bron: Hallo Horst aan de Maas